Als Jamie afgelopen maandag bij ons wordt gebracht, is hij duidelijk woedend. De tranen staan in zijn ogen en hij maakt een strot-doorsnij-gebaar voordat hij gaat zitten.
De aanleiding voor zijn woede blijkt een onenigheid met een bewaker.
Door zijn rugproblemen kost het aantrekken van sokken en schoenen grote moeite. Daarom heeft hij instappers. Die heeft hij al jaren. Maar nu ineens mag hij ze niet aan naar de bezoekruimte, want ze zouden niet aan de regels voldoen. Hij moet schoenen van een ander aan en die passen niet. De gang naar de bezoekersruimte is pijnlijk en zorgt voor blaren en bloed.
Het duurt zeker drie kwartier voordat hij tot rust is gekomen. Volgens Jamie proberen ze hem over het randje te duwen; hij heeft immers niets meer te verliezen, dus ze hopen hem uit zijn tent te lokken.
Zijn woede zuigt mijn energie weg, ik ben hem op een gegeven moment zat, maar probeer me te verbijten. Zijn wereld is zo klein dat een incident als dit levensgroot wordt.
Het hele bezoek voelt moeizaam voor me en om heel eerlijk te zijn ben ik opgelucht als ik weg kan.
Gelukkig is hij dinsdag een stuk vrolijker. Hij heeft de Warden gesproken over het probleem, er is een oplossing gekomen en hij heeft weer rust. Maar hij zint nog wel op wraak en ik probeer hem dat uit zijn hoofd te praten. Laat het gaan, het is nog maar een paar dagen. Nog even volhouden. Schenk je aandacht aan hen die het wel waard zijn.
Jeroen is bij beide bezoeken weer mee, maar gaat dinsdag na zo'n anderhalf uur weg zodat Jamie en ik wat tijd alleen hebben. Die tijd gebruikt hij onder andere om te vertellen hoe veel ik voor hem beteken en hoe moeilijk hij het vindt om afscheid van me te nemen. Aan de andere kant kan het hem niet snel genoeg gaan; hij wil weg uit deze hel.
Tegen het einde van het bezoek zijn we de enigen die nog in de bezoekersruimte zitten. Ik maak het mezelf gemakkelijk door mijn benen op de stoel naast me te leggen. De stoelen in de bezoekersruimte zijn hard en oncomfortabel. De dienstdoende bewaker zegt er niets van.
Linda Polman -freelance journaliste- is op maandag aangekomen in Texas en verblijft bij ons als we vanaf woensdag in een huisje bij Livingston zitten. Ik ken haar van mijn vorige bezoek, waarna er een artikel in Vrij Nederland verscheen over de Texaanse gevangenisindustrie en de doodstraf.
Linda brengt ons op dinsdag naar Polunsky en haalt ons ook weer op. Na het bezoek rijden we naar een wijkcentrum waar een Dia de Muertos-tentoonstelling is (met onder andere een Dia de Muertos-altaar gemaakt door de Texas Death Penalty Abolition Movement). Veel leden van de Abolition Movement zijn aanwezig; aansluitend vindt de maandelijkse bijeenkomst plaats. De gebruikelijke plek daarvoor is SHAPE Center, maar in dit geval gaan we met zijn allen wat eten bij een Vietnamees restaurant. Ik ontmoet er een aantal mensen die ik tot dan toe enkel van e-mail en Facebook kende.
Dinsdag is de laatste 'gewone' dag. Op woensdag komen mijn ouders naar Texas en vertrekken we naar het huisje dat we gehuurd hebben bij Livingston en op donderdag beginnen de afscheidsbezoeken. Het laatste beetje vakantiegevoel is nu wel weg.