Op de ochtend van de executie mag Jamie van 08:00-12:00 bezoek ontvangen. Jamie's vrouw en haar broer nemen de eerste twee uren voor hun rekening; ik de laatste twee uur.
Het is even na tienen als Jamie's vrouw en haar broer naar buiten komen. Het is de bedoeling dat ik met
Linda Polman (freelance journaliste) naar binnen ga. Zij blijkt echter niet op de bezoekerslijst te staan (ondanks dat de chaplains hem hadden verzekerd dat dit wel het geval was). Dan Jeroen maar mee naar binnen; die fungeerde als backup voor het geval dat.
Als we de bezoekersruimte binnen komen, loopt het al tegen halfelf. De dienstdoende bewaker is echter bezig met een andere 'klant' en vraagt of ik even wil wachten. Na dertig seconden is mijn geduld op en vraag ik of ik alsjeblieft vast naar Jamie ('Mr. McCoskey') toe mag gaan. Dat mag.
Jamie vindt het jammer dat Linda niet mee naar binnen mocht, maar besteedt er niet te veel tijd aan. We hebben immers nog maar iets meer dan anderhalf uur.
Jamie is nog steeds vrolijk. In een interactie met een bewaker roept hij dat ze iets vooral niet moet vergeten want anders "I will haunt your ass!". Ze moet erom lachen.
Om halftwaalf komt de dienstdoende bewaker melden dat er iemand voor de deur staat die Jamie ook wil bezoeken. Het gaat om een vrouw die ook bij de executie aanwezig zal zijn. Ze heeft ooit aan Jamie's zaak gewerkt en toen zijn ze vrienden geworden. Jeroen vertrekt om haar de kans te geven ook even met Jamie te spreken. Ze vraagt bij binnenkomst netjes of ze de telefoon mag opnemen ("Is this a private conversation?"). Jamie vraagt haar om even te wachten en maakt zijn gesprek met mij af. Hij is er niet gelukkig mee dat ze last-minute langskomt en had liever het laatste halfuur met mij alleen doorgebracht, maar hij kan haar ook niet weigeren.
Door de aanwezigheid van een onbekende is het afscheid minder intiem dan ik had gehoopt. En er kan ook niet gerekt worden, want we moeten echt om twaalf uur weg. Desnoods sleuren ze ons naar buiten, daar zijn we al voor gewaarschuwd.
We lopen naar buiten, waar mijn ouders en Jeroen staan te wachten. We blijven eventjes napraten, maar algauw meldt een bewaker dat we echt dienen te vertrekken.
De rit naar Huntsville is een stille rit. Volgens mij heb ik de hele rit geen woord gezegd. Het is ook een prachtige rit. Vlak naast de brug over Lake Livingston zweeft een grote roofvogel. Ik hoop dat Jamie hem ook ziet als hij hier langs rijdt. Officieel is de route geheim, maar er zijn niet zoveel verschillende routes van Livingston naar Huntsville.
Als we aankomen bij het Hospitality House in Huntsville, krijgen we soep en een dessert aangeboden. Ik heb wel trek dus ik eet een beetje, maar niet te veel. Ik ben bang dat ik misschien zal moeten overgeven bij de executie. Ik neem cola om mijn onrustige maag te kalmeren.
Na de lunch nemen we plaats in de zitkamer. De sfeer is lastig te omschrijven. Er worden herinneringen opgehaald aan Jamie. Er vinden veel WC-bezoekjes plaats.
Kort na halfdrie belt Jamie voor het eerst. Hij wil met mij spreken. Zijn stem klinkt heel anders aan de telefoon. Hij zegt hetzelfde over mijn stem. De jarennultelefoons bij Polunksy vervormen je stem. In eerste instantie klinkt hij gedrogeerd, maar hij lijkt vooral heel erg moe te zijn.
Hij vertelt verheugd dat ze hem echt goed eten hebben gegeten; onder andere fried chicken en bbq-beef. Hij heeft er duidelijk van genoten. Dat vind ik ontzettend fijn om te horen. Hij is er verbaasd over; hij had niet verwacht dat hij zo prettig behandeld zou worden. Dat valt hem ook niet echt kwalijk te nemen gezien de afgelopen twee decennia.
Om drie uur gaat
Cathy Cox bij Jamie op bezoek en moeten alle getuigen naar een korte briefing. In die briefing wordt niets verteld wat ik niet al wist. Het enige dat afwijkt van het beeld dat ik had is dat je moet staan in plaats van zitten in de getuigenkamer.
Als Cathy vertrekt uit de Walls-unit, belt Jamie weer naar het Hospitality House. De telefoongesprekken met Jamie zijn ontzettend fijn. Hij is nog steeds vrolijk en kalm, zij het erg moe. Ik voel me heel erg dichtbij Jamie op de momenten dat ik hem aan de telefoon heb. We lachen met elkaar en spreken steeds opnieuw onze liefde voor elkaar uit. We constateren dat het niet uitmaakt hoeveel tijd we hebben; het is altijd te kort. Ik heb continu een half oog op de klok.
Ook Jamie's vrouw spreekt een aantal keer met Jamie aan de telefoon. Op een gegeven moment heeft ze Jamie's adoptiemoeder aan de telefoon op haar mobiel en zit ze met twee telefoons aan haar oor boodschappen over en weer door te geven.
Om vijf uur is het tijd voor de getuigen om naar het Administration Building tegenover de Walls Unit te gaan. Ik vertel Jamie nog een laatste keer dat ik vreselijk veel van hem hou en geef vervolgens de telefoon aan zijn vrouw.
We stappen in de auto om naar de Walls-unit toe te rijden.